Hi allemaal! De laatste maanden en ik denk wel half jaar. Of beter het afgelopen half jaar ben ik gegroeid. Mentaal dan, fysiek zal niet meer komen. Een mens groeit maar tot een bepaalde leeftijd :p Maar groeien komt met vallen, opstaan, diepe dalen en hoge bergen. Helen is niet linear. Helen komt ook met heel veel confrontaties en realisaties. Het werd een keer tijd dat deze realisatie binnen kwam. Dus ik besloot er een stukje over te schrijven.

Jarenlang stond ik klaar voor alles en iedereen. Nog steeds trouwens, het is niet dat iedereen nu ineens zijn plan kan trekken. Ik help graag mensen, ik maak graag mensen gelukkig en dat zit in mijn bloed. Ik zou ook niet willen dat dat verdwijnt. Maar de wortels van die plant zitten heel diep ingegraven dus het wordt moeilijk om dat ooit weg te krijgen. Maar dat had na vele jaren ook zijn consequenties. Eventjes trots want ik wist niet meer hoe dat woord werd geschreven en het was correct zonder dat mijn iPad moest helpen. Sorry, ik ben en blijf een taalliefhebber. Maar dat had gevolgen. Het betekende dat ik telkens weer wegcijferde wat ik zelf doormaakte. Of ja, niet compleet. Ik praat meestal wel over wat me dwars zit. Mijn halve blog is daar zowat op gebouwd. Anderen hadden het altijd erger en ik was ‘the fixer’ die het altijd beter wilde maken voor iedereen. Als de mensen die me dierbaar zijn maar gelukkig zijn. Ik dacht ook wel aan mijn eigen zorgen, maar nooit echt genoeg. De zorgen van een anderen waren vaak main focus en nog steeds soms. Ik ben een liefhebbend mens en ik heb een groot hart. Maar ook mensen met een groot hart hebben af en toe een pauzeke nodig.
Vaak las ik verhalen van andere mensen, medebloggers die net als ik hun kwetsbare kant lieten zien op het internet. En ik juich dat alleen maar toe. Echt waar. Het zorgde er alleen voor dat ik mijn eigen zorgen ging wegduwen. Want er was altijd wel iemand die het erger had dan mij. Ik relativeerde mijn eigen problemen. Want ik was de sterke persoon met stevige schouders die het maar doorstond. Zo zag ik mezelf en op zich ben ik dat ook. Dat zie ik nu steeds meer als ik denk aan alles wat de afgelopen tijd op mijn dak is gekomen. Al in het middelbaar struggelde ik keihard met mijn zelfbeeld, ik was heel onzeker tot mezelf echt keihard haten. Tegen het einde van mijn middelbare schooltijd kwam daar gelukkig verbetering in en later door naar de psycholoog te gaan ook. Na die tijd kwam mijn hogeschool tijd die ervoor zorgde dat ik bijna in een burn-out belandde. Op het randje ervan. Mijn energie werd voor een groot deel afgepakt toen ik besloot te stoppen want mentaal was ik kapot. De druk en de vele taken maakten me af. De keuze om toen te stoppen was zeker de juiste, dat besefte ik al het moment dat het uitschrijvingsbriefje in de bus zat. De opluchting die ik toen gevoeld heb was een mooie. Na een half jaar thuiszitten en op mijn plooi komen ging ik aan de slag bij mijn werk. Waar ik nog steeds werk trouwens.
All went good, ik kwam in een topteam terecht. In het begin was het heel lastig want ik droeg wel nog steeds de ‘littekens’ van mijn onzekerheid mee. Vonden mijn collega’s me wel echt leuk? Nu zijn we twee jaar verder en kan ik wel bevestigen dat dat echt zo is. Ik heb er zelfs een hele goeie vriendin bij gekregen. In het eerste half jaar dat ik daar werkte overleed mijn grootvader na een lange ziekenhuisperiode. Hij was heel lang eigenlijk prima, in een week is hij compleet achteruit gegaan en er niet meer bovenop gekomen. Dus ik werkte, maar ik rouwde ook. Toen ik mijn vast contract kreeg na mijn ‘proefperiode’ was ik als een kind zo blij. Maar twee weken later kondigde de regering een lockdown aan en mocht iedereen binnen blijven. Except de mensen die een job hadden die broodnodig was. Daar hoor ik ook bij, ik werk in een supermarkt. De maanden die toen volgden waren mentaal zwaar. Mensen waren heel ongeduldig, hadden een heel kort lontje en bij elk probleem kregen wij in de winkel het te verduren. Na een tijdje zit dat vrij hoog, laat ik het zo zeggen. De rust keerde terug toen de winkels weer open mochten en al helemaal toen de horeca weer open ging. En toen kwam het volgende. Mijn pijn en vermoeidheid dreef terug op. In vormen die ik niet eerder kende. De huisarts wist me te vertellen dat het misschien chronisch is.
Door de pandemie werd het heel lastig om mijn onderzoeken gepland te krijgen, om mijn diagnose te krijgen en er was bitter weinig begeleiding. Ik had ook weinig lotgenoten dus daarmee moest ik zelf een beetje ‘uitvissen’ wat voor mij wel en niet werkte. Stilletjes aan heb ik daar ook mijn trucjes in ontdekt want de dag van vandaag weet ik vrij goed wat wel en niet werkt. Ook niet altijd, het lichaam kan heel complex zijn. Na het tweede onderzoek kwam het ook binnen dat dit misschien voor altijd is en begon ik opnieuw te rouwen. Rouwen om mijn gezondheid, voor de dingen die waarschijnlijk voorgoed verleden tijd zijn. The hero had to save herself. En natuurlijk moest ik dat niet alleen doen, maar chronische pijn en vermoeidheid kan heel eenzaam voelen, especially als je weinig lotgenoten om je heen hebt die weten hoe het is. Fast forward naar daarna, mijn onzekerheid werd minder en ik leerde van mezelf te houden en mezelf te accepteren. Samen met mijn klachten. Ook dat liet (en laat) nog altijd een vrij grote indruk achter. Dat is gelukkig wel iets positief na deze hele misery-talk. Het komt goed, sowieso. Hoe dan ook. Ik heb nu ook heel wat mensen om me heen die me wel accepteren zoals ik ben en dat helpt ook. En ik ben daar echt zo dankbaar voor! Maar tegelijkertijd krijg ik er nog elke dag een glimlach van op mijn smoel dat mensen mij echt aanvaarden. Ik denk dat alleen al toont hoe diep het heeft gezeten de jaren ervoor. In januari ging ik eenmalig terug naar mijn psycholoog en ik vertelde haar dat ook dat ik soms verbaasd en ontroerd ben dat mensen mij echt leuk vinden. Haar antwoord was direct: natuurlijk vinden mensen jou leuk, je bent ook gewoon leuk. In volle enthousiasme. Het zijn woorden die ik nooit meer ga vergeten.
Maar toch, ondanks dit (en de mentale demonen die het vaak heeft opgeleverd en die er soms nog steeds zijn) wuif ik dat altijd weg. En nu na al die jaren merk ik dat het moeilijk gaat soms. Ik ben niet in moeilijkheden aan het sukkelen, het gaat echt goed. Maar ik voel me wel overwhelmed. En ik vraag me altijd af van waar dat allemaal komt; Eerst zou ik gezegd hebben dat ik me niet zo moet aanstellen en verder gaan met mijn leven. Terwijl ik nu zoiets heb van; schatteke, wat je de afgelopen jaren op je dak hebt gekregen is niet mals. En ik heb het ook gewoon gedaan en doorstaan. Soms met veel tranen, soms met ongelooflijk veel pijn en moeilijkheden. Maar ik ben er nog steeds. Ik heb niet opgegeven. Daar ben ik ongelooflijk trots op. Maar de gedachte dat ik niet veel heb meegemaakt is denk ik eentje om voorgoed weg te bannen. Vooral omdat ik degene ben die dit soort dingen altijd tegen anderen zegt. Zoals Kesha vaak zingt; I think it’s time to practice what I preach.
Vaak als je nu aan mij vraagt hoe het gaat zal ik meestal wel antwoorden dat het goed gaat. En dat is ook geen leugen. Ik ben nog heel veel aan het verwerken maar tegelijkertijd ben ik ook aan het groeien. Healing is iets wat zo complex en mooi tegelijkertijd is. Ik heb het hierboven vooral over de ‘zichtbare’ dingen gehad denk ik die gebeurd zijn. Maar mentaal was het ook niet altijd gemakkelijk. Die dingen die ik heb meegemaakt zijn soms nog de demonen waar ik elke dag mee vecht. Alleen heb ik nu iets wat ik toen niet had. Hoop. Hoop dat het op een dag op zijn pootjes terecht komt. Het komt goed, dat weet ik zeker. En waarom ik dat weet? Omdat ik een vechter ben, en niks gaat me tegenhouden om mijn beste leven te leven ❤️